Gaan zitten
Henry nam plaats aan een tafeltje bij het raam, zich schrap zettend voor een lange wachttijd, maar was verrast toen een serveerder prompt op hem afkwam. “Mijn naam is Carter, hoe kan ik u vandaag helpen?” vroeg de jongeman vriendelijk. Henry plaatste zijn bestelling en sloeg een krant open. Hij deed alsof hij las terwijl hij wachtte.

Gaan zitten
Alles leek in orde
Terwijl Henry op zijn koffie wachtte, observeerde hij de coffeeshop goed – alles was brandschoon, de klanten zagen er tevreden uit en zelfs de planten bloeiden; er was geen duidelijke reden voor de lage winst. Toen Carter terugkwam met Henry’s bestelling, begon hij een praatje in de hoop meer te weten te komen over de werkomgeving.

Alles leek in orde